Bron: ECHO-ABVV oktober 2022 • 3
Vanaf 1 oktober 2022 wordt de procedure van re-integratie bij de eigen werkgever aanzienlijk veranderd. In eerste instantie wordt de Codex over het welzijn op het werk gewijzigd (procedurele aspecten van de reorganisatieprocedure). In tweede fase verwachten we nog een ontkoppeling van het re-integratietraject en medische overmacht, die evenwel een aanpassing van de arbeidsovereenkomstenwet eist en momenteel besproken wordt in het parlement.
Welke wijzigingen van het RIT zijn nu al van toepassing?
- Wijzigingen van termijnen
Een aantal termijnen wordt verlengd, zoals de termijn voor de werknemer om beroep in te stellen tegen de beslissing van de preventieadviseur-arbeidsarts, en de termijn voor de werknemer om in te stemmen met het re-integratieplan. Andere termijnen worden integendeel ingekort, zoals de termijn voor de werkgever om het re-integratietraject op te
starten (vanaf 3 maanden arbeidsongeschiktheid) en de termijn om een re-integratieplan op te maken voor een werknemer die definitief ongeschikt is voor het overeengekomen werk.
Vereenvoudiging van de beslissingen van de preventieadviseur-arbeidsarts en inzetten op aangepast of ander werk. Het aantal beslissingen van de preventieadviseur-arbeidsarts in het kader van de re-integratiebeoordeling wordt verminderd om meer focus te leggen op aangepast werk.
- Verduidelijking van de verplichtingen van de werkgever
Voortaan moet de werkgever bij het onderzoeken van de mogelijkheden voor aangepast of ander werk maximaal rekening houden met de aanbevelingen van de arbeidsarts en met het collectief re-integratiebeleid. Ook het recht op redelijke aanpassingen voor personen met een handicap wordt expliciet vermeld. Daarnaast moet de werkgever de
werknemer de nodige toelichting verschaffen bij het aangeboden re-integratieplan. Alser geen aangepast of ander werk is, moet de werkgever dat onderbouwd motiveren en aantonen dat hij deze mogelijkheden ernstig heeft onderzocht.
- Multidisciplinariteit
Het niveau van overleg tussen de betrokken artsen, de terug-naar-werk-coördinatoren en de gewestelijke instellingen, VDAB, Forem en Actiris (en hun partnerorganisaties) wordt verhoogd.
- Het versterken van het collectief re-integratiebeleid
Éen van de kernpunten van het veranderde re-integratiesysteem wordt het collectief beleid en de nieuwe informatieverplichtingen van de arbeidsarts en van de werkgever t.o.v. het CPBW. De werkgever overlegt regelmatig met het CPBW op collectief niveau over re-integratiemogelijkheden in het bedrijf en bezorgt jaarlijks aan het comité de geglobaliseerde en geanonimiseerde elementen uit de re-integratieplannen en uit de gemotiveerde verslagen die hier nuttig kunnen zijn. De preventieadviseur-arbeidsarts, op zijn beurt, verstrekt jaarlijks aan de werkgever en aan
het comité een kwantitatief en kwalitatief verslag over re-integratietrajecten in het bedrijf. Op basis van deze informatie wordt het collectief re-integratiebeleid minstens één keer per jaar geëvalueerd.
- Toepassing op lopende re-integratietrajecten
Deze wijzigingen zijn sinds 1 oktober 2022 onmiddellijk van toepassing op de lopende re-integratietrajecten. Dit houdt o.a. in dat de arbeidsarts voor een re-integratieverzoek dat vóór 1 oktober werd ingediend, maar waarvoor hij nog geen beslissing heeft genomen, na 1 oktober meteen de nieuwe beslissingen (A, B, C) zal moeten nemen i.p.v. de oude beslissingen. Als de beslissing van de arbeidsarts reeds genomen en overgemaakt is vóór 1 oktober, blijft deze geldig en zal de werkgever de nieuwe termijnen moeten toepassen om een plan of verslag op te maken.